Was de Britsche economie een levenskwestie voor Engeland, het nationaal-socialisme was voor Duitschland een levenskwestie. In laatste instantie waren hier twee essentieel-verschillende w e r e l d - b e s c h o u w i n g e n tegenover elkaar komen te staan: een oude welke zichzelf, politiek, gestalte had gegeven in de schepping van het Britsche Imperium, een nieuwe welke gegroeid en gevormd was en gestalte moest krijgen door het onrecht, of juister, door het fundamenteel tekort dat de oude orde in zich droeg en dus bezinning en een fundamenteele correctie eischte: een wereldbeschouwelijke revisie en renovatie. Een herziening en vernieuwing, waarin het levensrecht van nog andere volken dan het Engelsche volledig en principieel erkend stond.
    Engeland had uit het feit, dat het den onbezweerbaren levenswil, den trotschen en gerechtvaardigden zelfstandigheidswil van een groot en machtig volk als het Duitsche moest fnuiken en breken, uit het feit dus dat het zijn imperium nog slechts kon handhaven door onrecht op onrecht te stapelen, kunnen concludeeren, dat de tijd van een imperium, gefundeerd en geconstrueerd als het Britsche, v o o r b ij was en aan deze conclusie consequenties kunnen verbinden van revisionistische aard – maar een wrikken aan zijn grondslagen is, evenals elke andere concessie aan een zich ŕnders vormende wereld, tevens een wrikken aan het imperium-zelf. En bovendien is het nu eenmaal zoo, dat geen orde (waarmede zooveel staat of valt) het noodlot van de bekentenis, dat haar tijd v o o r b ij is, aanvaardt zňnder eerst het uiterste, d.w.z. ,,het laatste argument” beproefd te hebben čn: met de wapenen beproefd te hebben een andere beslissing te forceeren. – Geheel zonder recht? – Elke orde (i.c. de Britsche) is geneigd, de waarden waarvoor z ij groot en machtig werd als de levenswaarden bij uitnemendheid te beschou-

















aangemaakt: 17-07-2012 Copyright © 2012 by
R. Bruning en Th. Bruning
copyright
laatste aanpassing: 24-10-2012