tieve christenen wantrouwt als lieden, die andere belangen hebben (en heimelijk najagen) dan de zegepraal der nationaal-socialistische revolutie.

    Thans het nationaal-socialisme. Kan men zeggen, dat het nationaal-socialisme op positief-christelijk standpunt staat?
    Zou men dit, in algemeenen zin, niet kunnen staande houden als men ziet dat de groote wegbereiders van het nationaal-socialisme zich met zooveel bewondering voor Christus — als het voorbeeld van het goede leven — hebben uitgesproken?
    Moet men dit, in algemeenen zin, niet bevestigen als men ziet, dat het nationaal-socialisme de verdediger is van het christendom en van de christelijke beschaving tegen b.v. de anti-christelijke horden der Sovjet-Unie?

    En tenslotte: waar het gebruikelijk werd te zeggen (en het werd algemeen spraakgebruik), dat een werkgever, die zijn werknemers ,,rechtvaardig” behandelt, zijn werknemers ,,christelijk” behandelt en dan te spreken van ,,christelijke” rechtvaardigheid, hoewel er bij dien werknemer, als er slechts sprake is van een sociaal rechtvaardig gedrag, niet in strikten zin van christendom, doch slechts van een natuurlijke zedelijkheid, van een sociaal-ethisch beginsel kan worden gesproken, van een rechtvaardigheid, die zoowel christen als niet-christen kan kennen čn betrachten, — daar is het ook geoorloofd die staatsorde ,,christelijk” te noemen welke, enkel in overeenstemming zijnde met een natuurlijke zedelijkheid, ook door den christen als goed en rechtvaardig kan worden onderschreven. En men is te meer geneigd en gerechtigd die staatsorde ,,christelijk” te noemen, als men in-

















aangemaakt: 17-07-2012 Copyright © 2012 by
R. Bruning en Th. Bruning
copyright
laatste aanpassing: 23-10-2012