terug naar menu
Driemaal Aantjes in "Opinie & Debat" van de Volkskrant

Op 27 oktober 2015 schreef Ton de Kok in “Aantjes moest sneuvelen”, dat het hele drama rond Aantjes alleen het gevolg is van diens stellingname tegen de neutronenbom en tegen het NAVO-lidmaatschap. Vanwege die stellingname werd zijn oorlogsverleden (op deze wijze) opgerakeld. Zijn oorlogsverleden was dus niet werkelijk het probleem, maar zijn politieke stellingname jaren na de oorlog en daarom moest Aantjes sneuvelen. En dat oorlogsverleden was het enige waarmee Aantjes “kalt gestellt” kon worden.

Op 28-10 schreef Max Pam zijn column “Is eerherstel voor Aantjes terecht?” Pam weet het niet, zo schreef hij. Aantjes heeft altijd over dat verleden gezwegen, maar stelde Pam, “wanneer hij er toch iets over moest zeggen, heeft hij erover gelogen”. Pam bracht mij niet in herinnering welke die leugens waren. Jammer. Pam schreef verder: “Hij was weliswaar geen lid van de Waffen-SS, maar van de Germaanse SS. Tel uit je winst. De Waffen SS schoot, de Germaanse SS bedacht waarom je moest schieten.” Dat klonk dus zeer bedenkelijk voor Aantjes, maar, gelukkig voor Aantjes, vervolgde Pam zijn betoog met: “Aantjes werd lid om zich te drukken, maar hij had ook arbeider in Duitsland kunnen blijven.” Aantjes had dus niets van doen met dat “waarom” er geschoten moest worden door de Waffen SS, toch zag Pam hem liever blijven (mee)werken in Duitsland. Pam kwam tot zijn conclusie: “Zijn gebrek aan moed in de oorlog zou hem door niemand zijn nagedragen, als hij niet in [de] politiek was gegaan en geen Bergrede had gehouden. Het is niet zijn oorlogsverleden dat hem kan worden verweten, maar zijn latere hypocrisie”. Eerherstel voor Aantjes zou dus terecht zijn dacht ik toen. Maar, volgens Pam, alleen als Aantjes niet de politicus was geweest die hij was, alleen dan zou er voor hem eerherstel kunnen geweest zijn. Maar als Aantjes niet zo’n bevlogen politicus was geweest, dus als Aantjes in feite niéts was geweest, had de Jong geen rel geschopt en zou er ook geen enkele aanleiding geweest zijn om over eerherstel te praten..
Een na de oorlog alom gerespecteerde figuur die een zekere moraal uitspreekt, zoals Aantjes en anderen, maar die ook maar op enigerlei wijze, hoe summier ook, in verband gebracht kan worden met het nationaal socialisme (anders dan in het verzet tegen het nationaal-socialisme) blijkt dus nog steeds volslagen onacceptabel. Mogelijk heeft het CDA daarom Aantjes pas op zeer hoge leeftijd, toen hij reeds met één been in het graf stond, durven te eren. Misschien ook daarom wilde Lubbers, bij die gelegenheid, met geen woord reppen over rehabilitatie alsof hij en het CDA nog steeds hun vingers zouden kunnen branden aan Aantjes vermeende oorlogsverleden.

Op 29-10 memoreerde David Barnouw in zijn stukje “Willem Aantjes” opnieuw dat Aantjes zich aangemeld had “bij de Germaanse SS om op die manier legaal terug in Nederland te komen om vervolgens onder te kunnen duiken”. Barnouw uitte zijn twijfels door te vervolgen: “Volgens eigen zeggen dan wel…” Vervolgens wist Barnouw nog wel te vertellen dat “ook de Commissie van Drie, die Aantjes in oorlogstijd heeft onderzocht , meldt dat dat een vaker beproefde methode van in Duitsland werkende dwangarbeiders was om in Nederland terug te komen.” Barnouw was desondanks niet overtuigd want schreef hij: “Voorbeelden hiervan worden door de commissie helaas niet genoemd.” Resumerend: Barnouw trok de verklaring van Aantjes in twijfel omdat Aantjes het zei én omdat de Commissie geen andere voorbeelden gaf. Maar Barnouw noemde ook geen daden of opvattingen van Aantjes uit die tijd, die zijn twijfel aan Aantjes woorden zouden kunnen ondersteunen, laat staan zouden bevestigen dat Aantjes een abjecte Germaanse SS overtuiging was toegedaan. Ik veronderstel dat Barnouw vindt dat Aantjes van die truc - op een moment dat van de Holocaust nog niets bekend was - geen gebruik had mogen maken. (Dat Aantjes tijdens de oorlog geen voorbeeld heeft genomen aan twee romanfiguren uit de trilogie Engelandvaarders, die pas na de oorlog in vele drukken is verschenen, kan, volgens mij, Barnouw Aantjes toch moeilijk kwalijk nemen.)

Conclusie: Ton de Kok beweert dat Aantjes moest sneuvelen vanwege zijn politieke stellingname ver na de oorlog. Max Pam wil nog steeds van niets weten. Barnouw wil waarschijnlijk van geen eerherstel weten, omdat de Germaanse SS ideologie verfoeilijk is. Maar aanwijzingen dat Aantjes zelf dergelijke overtuigingen was toegedaan, als waarvan de Germaanse SS wordt verdacht, geeft hij ook niet.

Dus is er geen enkele reden om Aantjes geen eerherstel te geven voor de onbewezen, en niet zo rechtstreeks uitgesproken, beschuldigingen dat Aantjes overtuiging samenviel met die van de Germaanse SS.

Toen Aantjes nog in de politiek zat wist ik niets meer van deze politicus en zijn partij (ARP) dan wat ik van hem op de televisie zo af en toe zag. Aantjes maakte op mij een integere en betrouwbare indruk, ook al kon zijn christelijke achtergrond mij niet zo direct bekoren. Dus toen ik in die tijd, waarin ik ook niet erg geïnteresseerd was in de politiek, weer eens moest stemmen heb ik, in mijn overtuiging dat Aantjes nooit vóór iets zou zijn waar ik tegen zou zijn, ongeacht wat de toekomst ook nog mocht brengen, mijn stem op hem uitgebracht.

Eindhoven, 30-10-2015
Theo Bruning



















aangemaakt: 29-10-2015 Copyright © 2015 by
Th. Bruning
copyright
laatste aanpassing: 30-10-2015