kante figuren op de jongeren (A. Roland Holst, Nijhoff, Bloem etc). Ziedaar hetgeen ik naar aanleiding van Kettmann’s betoog nog in het midden wilde brengen.

HENRI BRUNING.

Naschrift. — Het moet door de persoonlijke noot, die in de discussie is binnengeslopen, voor de lezers van „De Waag” onbevredigend zijn geweest, eerst Bruning’s stuk en daarna het mijne over Vestdijk te hebben gelezen. Dit derde stuk maakt het er niet beter op. Wien het ernst is te arbeiden voor een nieuwe volksche werkelijkheid, zal schrijvers van het „ancien régime”, gelijk


Vestdijk, hebben dood te zwijgen, zooals wij jarenlang zijn doodgezwegen — niet uit rancune, maar eenvoudig uit geestelijke hygiëne Wie nu nog een sujet als meneer Visser „een voornaam mensch, een mensch uit één stuk, een man van karakter, een man met stijl” acht, schaadt den opmarsch en zal als individualist moeten achterblijven. „Kunstwerken”, waarvoor zich slechts „een troepje snobs en modeduisterlingen” verzamelt, mogen dan Bruning ter harte gaan; mij niet.

KETTMANN.

(De discussie is hiermede gesloten. In een der volgende nummers komen wij op de figuur van Vestdijk terug. — Red.).
















aangemaakt: 19-01-2012 Copyright © 2012 by
R. Bruning en Th. Bruning
copyright
laatste aanpassing: 15-07-2012