lijst van werken
vorige bladzijde



volgende bladzijde Christus, zij dringen de mens weg van de eigenlijke bron van alle leven. Men acht het mensenwoord betekenisvoller. En aan Christus’ Woord, dit liefdevolle en bezorgde woord van de heilige Geest, vertrouwt men zich niet meer toe. Het werd van zijn centrale plaats in het leven van de mens weggedrongen, het werd bijzaak, en minder nog.
En altijd beperktheid van de menselijke beperktheid laat het menselijk woord de mens ook ergens alleen en, in een zijner edelste hunkeringen, onbevredigd: het laat de mens alleen met de mens. Maar de mens, die voorbestemd werd Christus’ woord te horen, is krachtens zijn natuur niet enkel afgestemd op het woord van de mede-mens, maar vóór en boven alles op Christus’ woord. Of hij het zich bewust is of niet: de mens wil krachtens zijn natuur door Christus worden onderricht: hij wil rechtstreeks door Hém worden aangesproken. Als de mens in het paradijs door God werd toegesproken en God dit verspeelde geboorterecht weer op enigerlei wijze heeft willen herstellen door mens te worden en hem in Jezus’ woord opnieuw toe te spreken, dan mogen wij hem dit woord niet onthouden. Dit woord is zijn eerste en laatste recht op elk moment. Het is, als goddelijk woord, een antwoord op de diepste vraag van de menselijke natuur zelf. En te minder mogen wij hem dit goddelijk woord onthouden, waar het Godsmysterie (de zwijgende God) voor de menselijke natuur óók zo diep vernederende beproeving is.
Het menselijk woord kan de mens slechts ten dele bevredigen. Ook omdat elk menselijk woord over Christus, zelfs dat van een heilige, altijd het woord is van een persoonlijk gevecht, een persoonlijk avontuur, een persoonlijke visie en derhalve slechts een beperkte (ook slechts tijdelijke) functie kan hebben in een andermans gevecht of avontuur of lot. Slechts Christus’ woord staat boven elk persoonlijk avontuur; het is geen subjectief woord, maar: het gestalte geworden antwoord op het centrale probleem der menselijke existentie: de menselijke goedheid. En blijft de mens enkel op het woord van de mens (óver Christus) aangewezen, dan wordt dat menselijk woord ook een ergernis: men wil dat beperkte, ontoereikende woord niet meer horen, en be- volgende bladzijde


168














volgende bladzijde
inhoudsopgave



aangemaakt: 29-07-2010 Copyright © 2010 by
R. Bruning en Th. Bruning
copyright
laatste aanpassing: 27-08-2010