lijst van werken
vorige bladzijde



eens gezegd werd, op het moment van hun hoogsten geestdrift voor Hem: ,,en Hij vertrouwde hun Zichzelf niet toe — omdat Hij allen kende.’’

20

   In onzen geest al de schoonheid overwegend die het christendom eeuwen lang op zoovelerlei gebied is blijven voortbrengen, verstaan wij het Rijk Gods gaarne (al te gaarne) als een zaad waaruit een boom opgroeide met een machtige kruin, waarin de vogelen des hemels zich nestelden en waaronder de menschenkinderen koelte en beschutting vonden. En toch... tóch is het soms (sóms?) alsof deze schoone interpretatie slechts een vooze verbeelding is. Men poge het Rijk Gods slechts even te zien als een zaad dat ,,in ons’’ tot een boom moest opgroeien, en men bedenke dan hoe zelden dát Rijk Gods (het voornaamste) temidden van al die luisterrijke manifestaties werkelijkheid werd.— Dit bedenkend, herinnert men zich ook hier, ten overstaan van al dien luister, inplaats van het woord over de schoonheid van dien boom, het bittere vonnis: ,,Hij was de brandende en schijnende lamp, maar gij wildet u slechts in zijn licht verlustigen.’’ (Joan. V, 35).

21

   Al de schoonheid, die het christendom eeuwen lang heeft voortgebracht, in onzen geest overwegend, is het ons soms (sóms?) alsof achter al die pracht ook een diepe, verborgen schaamte leefde, — ,,schaamte over Mij en mijn woorden’’... Schaamte over de armoede van Christus’ verschijnen


17

volgende bladzijde





















volgende bladzijde



aangemaakt: 10-06-2002 Copyright © 2009 by
R. Bruning en Th. Bruning
copyright
laatste aanpassing: 05-10-2009