lijst van werken
vorige bladzijde



vorige bladzijde De onverschilligheid, waarin zich de levens opsluiten, foltert hem méér naarmate hij dieper haar wezen ervaart. Het is geen haat tegen Christus, maar onverschilligheid voor zichzelf, voor het eigen lot. Het is de doffe gelatenheid van weerloozen, die, na steeds weer bedrogen te zijn, naar geen rechtvaardigheid meer dorsten, die nog slechts verlangen dat men hen met rust laat, alleen laat. Het is een armoede, die niet meer gedeeld wil zijn, die niet meer zoekt, niet meer redeneert, die op goed geluk haar verwilderd gelaat neerlegt en zwijgt, en zelfs geen vijandschap meer kent.
Eertijds heeft een geloovige wereld uitgezien naar den Verlosser; thans is een ,geloovige” wereld teruggestort in de verlatenheid van vóór de Verlossing. Zij is weer de oude wereld, de wereld van vóór de genade, een wereld die een en al verdriet was, — maar zonder hoop nu, zonder verwachting, zonder geloof. ,,Oh! la révolte qui s’épuise d’ellemême en injures, en blasphèmes, cela n’est rien, peutêtre? . . . . La haine de Dieu me fait toujours penser à la possession. ,Alors le diable s’empara de lui (Judas).’ Oui, à la possession, à la folie. Au lieu qu’une certaine crainte sournoise du divin, cette fuite oblique le long de la Vie, comme à l’ombre étroite d’un mur, tandis que la lumière ruisselle de toutes parts. . . . Je pense aux bêtes misérables qui se trainent jusqu’à leur trou après avoir servi aux jeux cruels des enfants.” De oogopslag dezer ,,geloovige” wereld is de doffe, onbeweeglijke blik van een mensch, die geen tegenstand meer biedt en zich laat meesleepen door de groote, duistere stroom van het leven. Het is wederom de oogopslag van het menschengeslacht dat Jezus van het kruis heeft aanschouwd toen Hij om vergeving bad omdat volgende bladzijde

98



















volgende bladzijde
inhoudsopgave



aangemaakt: 23-04-2011 Copyright © 2013 by
R. Bruning en Th. Bruning
copyright
laatste aanpassing: 25-01-2013