lijst van werken
vorige bladzijde



beginnen. We kunnen er allerminst een gevreesd gevecht mee bezweren of een ontweken gevecht mee verontschuldigen... We kunnen alleen zeggen: zoodra een intellectueel het terrein der openbaarheid betreedt, zoodra hij zich mengt in de discussie der gedachte, in den strijd voor het Rijk Gods, gaat het voor hem alleen vóór of tégen meeningen vóór of tégen normen, vóór of tégen oordeelen; dan is zijn eenige plicht en plichtsvervulling hoogst-mogelijke, zui­verst-gerichte strijdbaarheid. Daar en dan is zijn „gebed” de strijd. Daar en dan is deze strijd zijn ,,rechtvaardigheid”. – En misschien is dan de strijdbaarheid ook wel een klein, klein bewijs van liefde, want deze strijd, dit „gebed”, déze „rechtvaardigheid”, is allerminst een pretje, gelijk de levens van vele kerkvaders bewezen, en gelijk het weg­snurken, heden, in het compromis en het blauw-blauw-laten nogmaals bewijst. – Maar ik houd er niet van over „liefde” te spreken.

7. Neen, ik houd er niet van over „liefde” te spreken. Mis­schien moet men niet te veel door „liefde” geïnspireerden ontmoet hebben. Maar ook zónder hun sinistere comedie staat het gebruik van dit woord me tegen. Als men weet wat liefde is, weet men ook dat men beter doet over deze deugd maar te zwijgen en gevoelt men nogmaals behoefte den strijd niet te zien in het licht van de liefde, maar eenvoudig in het licht van een schoonen, al te schoonen, plicht. Als wij liefde waren, waren wij, maar niet voor niets zeide Catharina van Siëna: „Eén is er die IS.” Tegenover Hem, en niet alleen tegenover Hem, zijn wij slechts „een klinkend metaal”, – zijn wij niét, zijn wij niéts.

20



















volgende bladzijde
inhoudsopgave



aangemaakt: 03-02-2007 Copyright © 2009 by
R. Bruning en Th. Bruning
copyright
laatste aanpassing: 17-07-2009