|
DE DOODE
(naar Baldur von Schirach)
Geen doode, neen!
ging uit ónze gelederen heen.
Die door jullie werd neergeslagen
werd door ons niet ten grave gedragen,
neen!
Die door jullie in een laffen nacht
in een donkere slop werd omgebracht
heeft, bij ’t eerste schemerende licht,
zich weer opgericht
Zijn gezicht
dragen honderdduizend man!
en zijn gericht...
57
|
|
|