lijst van werken
vorige bladzijde


365


    weer de slaaf en de afhankelike was van de massa: zodat de massa steeds nieuwe perspektieven zag waar ze niets dan haar eigen en altijd dezelfde mening hoorde verkondigen) – dat was eigenlik wel geestig. En dat er van heel die goe-gemeente niet één was die dat in het snotje kreeg. De mensen belazerden zich-zelf – en jou lieten ze daar-van leven. – ’t Was eigenlik ’n stompzinnig werk, dat geschrijf in die kranten. Maar enfin! de een doet dit, de ander dat. Je moest nu eenmaal ’n maatschappelike posisie hebben. En, de hoofdzaak was – dat z’n bestaan verzekerd was. Bovendien – buiten z’n kantooruren hield hij nog genoeg vrije tijd om voor zich zelf te werken. Dan kon je je-zelf zijn en schrijven wat je wou.

    ’s Avends liep hij vergaderingen af.

    Vroeger, op het Kollege. was hij ’n ,,overtuigd” demokraat: leed hij, gevangene tussen kollege-muren waaruit je niet weg kon, mee met het onderdrukte proletariaat, met de armen, de uitgezogenen, die leden en duldden, met hen

,,.....die eens, vloekend aan ’t licht gebracht,
Met stralen om hun slapen zijn geboren –
Doch, door hun medeschepselen veracht,
De vlammen van hun vurig hoofd verloren,
En tasten door een wankelende nacht –!”

Zie je, dàt was nog ereis ’n kerel naar zijn hart, die Adama. Dolf had toen gesproken van het gedulde en gesanksionneerde onrecht, de maatschappelike leugen, ’t sociaal egoisme, de sociale mìsdaad (verdomme); zie je, ’t volk moest bewust worden gemaakt: de arbeiders aller landen moesten zich organizeren tot één prachtig, krachtvol geheel; en moest een sterk bewustzijn van saamhorigheid komen, een scherp besef van het waarom van de strijd, en een brede warme broederliefde. Totdat Ibsen hem had opgehelderd dat de meerderheid uit stomkoppen bestond en daarom steeds ongelijk had, dat het volk, ,,de kompakte meerderheid” nolens volens zijn eigen vijand was, nolens volens de vijand van waarheid en welzijn, dat het die ,,kompakte meerderheid” was die al de geestelike waarden welk een volk groot kunnen maken, nolens volens vergiftigt. De demokrasie leverde je over aan de mening der meerderheid, aan de willekeur van zeverende stommelingen. De demokrasie was larie, romantiek! romantiek! De minderheid, de eenling was het die gelijk kon hebben, die zich zou kunnen geven voor een gedachte, voor een ideaal, maar nooit de meerderheid die uit egoisten en zwakzinnige sentimentelen bestond. volgende bladzijde






















volgende bladzijde
inhoudsopgave



aangemaakt: 02-08-2010 Copyright © 2010 by
R. Bruning en Th. Bruning
copyright
laatste aanpassing: 09-10-2010