lijst van werken
vorige bladzijde



volgende bladzijde na Oraison: ,,Zeker, de carrière-jagerij is een vorm van compensatie.” En daarmee was ook dit tafelgesprek kennelijk weer ,,rond”; op dit punt. – Een ietwat slordig getrokken ,,rond”, dunkt me, als men, zoals hier, het verplichte celibaat identificeert met wat duidelijk de onvermijdelijke producten zijn van kerkelijk verval, religieuze vervlakking en vervreemding (of moet men zeggen vervuiling), of van een in zijn vitale geestelijke kernen uitgehold en onttakeld priesterbestaan. Een kerk in ontbinding misbruikt en vervalst zoveel andere waarden nog (,,das Wesentliche entkernen, entzellen”, zou men het kunnen noemen), evenwel zónder dat hierdoor deze waarden ophouden in zich waardevol te zijn.
    Misschien zou het toch iets meer zin hebben de oorsprong van het (verplichte) priestercelibaat – toch een instelling van de Kerk van Rome – ook eens in verband te brengen, inplaats van met een primitief beschavingsmoment of met de eunuchen van het Oosten (of die van Mt. 19. 12), met het ,,celibaat”, de essentiële functie en geestelijke adeldom ervan, in de romeinse beschaving, – als mogelijk een niet te verwaarlozen en niet zonder invloed gebleven ,,heidens” voorspel op het priestercelibaat. Men neme eens kennis van wat Alfred Schuler – ,,ultimus paganorum” zoals hij zichzelf noemde – zegt over het ongehuwde leven van sommige groepen in het romeinse rijk1). Hij brengt het in samenhang met het behoeden van het ,,quintessentiële leven”, het behoeden en vrijmaken van de diepste geestelijke krachten (de Elektronenherd, de nog onvertroebelde levensbronnen) in de mens, met het herstel van het ,,vrije, open, ongebroken leven” en de vitale noodzaak van de aanwezigheid van centra van zulk leven voor het leven der mensheid. Op een ander, geheel ander niveau is dit alles toch ook essentieel voor en tot het grondpatroon behorend van, het priestercelibaat; en ik zeg dit met de wetenschap dat niemand verwoeder dan Schuler zelf deze voorspel-suggestie zou afwijzen en eerder zou spreken van een beschamend en verleugend naspel; – was voor hem niet reeds de Stoa ,,die Zerreibung der eigenen Lebensenergie” en een volstrekt verraad aan zijn adagium: ,,das Leben als solches ist die religiöse Tatsache”, – hetgeen bij Schuler zonder de minste twijfel gepreciseerd moet worden met wat Jung noemde: ,,der Seele zurückgeben was von Anfang seelischer Natur war”. – Wat hiervan zij, in ieder geval is hier sprake van een heidense levensconceptie – van zeer hoog gehalte – van waaruit een weg voert naar het ongehuwde leven en dit als noodzakelijke voor- volgende bladzijde


1) Fragmente und Vorträge, Leipzig 1940, samengesteld en ingeleid door Ludwig Klages.


38














volgende bladzijde
inhoudsopgave



aangemaakt: 09-06-2002 Copyright © 2014 by
R. Bruning en Th. Bruning
copyright
laatste aanpassing: 03-10-2014