lijst van werken
vorige bladzijde



L’irréparable




Van al wat ’k zo hartstochtlijk eenzaam heb bedreven,
verteerd door dromen, onrust, strijd, gedachten en gedicht,
heb ik niets méer begeerd dan eenmaal weer hergeven
te zijn, verstild en peinzend, aan dit vergezicht

en éen te zijn met haar, – in ’t heldere al-leven
slechts enkelvoudig zij naar mij en ik naar haar gericht;
doch al wat ik betrachtte werd aan haar misdreven, –
ik lees slechts bitter derve’ in haar groot ogenlicht.

Ik ben de moed zo moe, en heel dit zware
en onbarmhartig altijd van onszelf ontbloot zijn, –
er zijn toch nergens waarden meer die waarlijk groot zijn,
die jou en mij en ons geslacht bewaren, –

hoe dit te zeggen, – ach, ik wou wel dood zijn
om die in jou en mij doelloos vernielde jaren.



32





















volgende bladzijde
inhoudsopgave




aangemaakt: 26-11-2007 Copyright © 2010 by
R. Bruning en Th. Bruning
copyright
laatste aanpassing: 18-02-2010