|
WAT VERSTAAT BRUNING ONDER REVOLUTIONAIR
Naar aanleiding van het verschijnen van de door Bruning samengestelde bundel Gelaat der Dichters, een keuze uit de hedendaagsche revolutionaire poëzie in Noord- en Zuid-Nederland (), ontstond er in de pers een discussie over de vraag “Wat is revolutionnair”. Bruning heeft zich met een tweetal artikelen in deze discussie gemengd om duidelijk te maken wat hij onder revolutionair verstaat, nadat men kennelijk in deze bundel maar weinig waarlijk revolutionaire poëzie kon ontdekken.
Het misverstand ontstaat, zo begint Bruning zijn eerste artikel met de titel “Wat is revolutionnair” (), doordat zijn opponent:
|
aan het woord „revolutionnair” ten onrechte slechts één beteekenis toekent. Voor hem kan alleen een sociale omwenteling waarlijk revolutionnair worden genoemd en is het meegesleept worden „door een groote sociale verontwaardiging” essentieel.
|
Aan het eind van dit artikel komt Bruning tot voor hem de ware essentie:
|
Elke revolutie is essentieel een sprong naar een nieuwe lévensorde (...)
maar in de groote vertegenwoordigers der revolutie, (...) is de revolutionnaire wil gericht op de verwerkelijking van een nieuwe menschelijke vrijheid (vet ThBr), op een nieuwe levensorde.
is het de trotsche menschelijke scheppingswil — en niets anders! — welke de laatste
aandrift en diepste gedrevenheid vormt der revolutionnaire dynamiek.
|
Kennelijk was Bruning in dit artikel niet duidelijk genoeg wat hem noopte een tweede artikel te schrijven met de titel: “Nogmaals: wat is revolutionnair” (). Dit artikel besluit hij met de volgende vaststelling:
|
De vraag is dan alleen maar: denkt hij hiërarchisch-zuiver. Dit nu moet ik ontkennen bij hem, die het sociale primair stelt. Primair is altijd de innerlijke vrijheid van
den mensch. Dit is het hoogste doel van het menschelijk leven en ook het hoogste doel en het essentieele van al die groote historische transformaties, welke wij revoluties plegen te noemen. Aan dit hoogste goed is alles ondergeschikt, daartoe dient alles
een voorwaarde te zijn. De godsdient, de staat, de maatschappij, de cultur, kortom, het geheele samenleven der menschen dient tot niets anders dan dit hoogste goed, de innerlijke vrijheid van den mensch te helpen verwerkelijken.
|
Voor Bruning is dus de essentie van een nieuwe lévensorde (Nieuw Levensbewustzijn elders genoemd) de verwerkelijking van de innerlijke vrijheid van de (individuele) mens. En de door hem gekozen poëzie was dus voor hem in deze zin waarlijk revolutionair.
Eindhoven, 11-01-2012
Theo Bruning
|
|
|